De regels voor zittenblijven op de basisschool

Geplaatst door OCO op 23 maart 2022
Een basisschool mag zelf regels opstellen voor zittenblijven. Daarom wisselt het beleid per school. Zittenblijven in groep 2 heet ook wel kleuterverlenging. Ouders kunnen via de MR invloed uitoefenen op het beleid rondom zittenblijven. De school is verplicht om ouders tussentijds op de hoogte te stellen van de vorderingen van hun kind. Tijdens de overgangsvergadering, aan het einde van het schooljaar, beslissen leerkrachten of een leerling blijft zitten. 

De regels voor zittenblijven op basisschool

Een basisschool stelt zelf regels op voor zittenblijven. Deze regels zijn onderdeel van het onderwijskundig beleid van de school, dat de school moet publiceren in het schoolplan (Art. 12 lid 2 WPO). Ook moet de school de rechten en plichten publiceren in de schoolgids  (Art. 13 WPO). De bevoegdheid om een kind te laten zitten is niet letterlijk opgenomen in de wet, maar vloeit voort uit de opdracht aan scholen om kinderen een ‘ononderbroken ontwikkeling’ te bieden (Art. 8, lid 1 WPO). Anders gezegd: een school moet bij de beslissing om een kind te laten zitten onderbouwen dat dit nodig is voor de ononderbroken ontwikkeling van het kind.

Sommige scholen hebben duidelijke regels voor zittenblijven. Bijvoorbeeld dat leerlingen maximaal één keer mogen zittenblijven. Of dat leerlingen niet mogen zittenblijven in groep 8. Maar er zijn ook scholen die een meer algemeen beleid voor zittenblijven hebben. In de schoolgids 2020-2021 van de 7e montessorischool in Amsterdam staat bijvoorbeeld:

Op onze montessorischool kan elk kind functioneren op zijn of haar niveau. Ze kunnen niet ‘blijven zitten’, maar wel meer leertijd krijgen door langer over een bouw te doen.’

En in de schoolgids 2020-2021 van de vrije school Geert Groote staat:

‘In principe blijven kinderen niet zitten. Slechts bij sociaal-emotionele ontwikkelingsvragen kan besloten worden een kind te laten doubleren of een klas hoger te plaatsen.’ 

In de wet staat niet wanneer en hoe vaak leerlingen mogen doubleren. Wel staat in de wet dat leerlingen de basisschool verlaten aan het einde van het schooljaar waarin zij veertien jaar zijn geworden (Art. 39 lid 4 WPO).

Kleuterverlenging

Zittenblijven in groep 2 heet ook wel kleuterverlenging of kleuterbouwverlenging. Gemiddeld komt tien procent van de jonge leerlingen (geboren tussen juli en december) hiervoor in aanmerking (Driessen et al 2014). Het idee is dat deze leerlingen baat hebben bij een extra jaar in de kleuterklas, zodat zij cognitief en sociaal-emotioneel kunnen rijpen. Op die manier zijn ze beter voorbereid op de overstap naar groep 3.

Maar uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat de meeste leerlingen slechts tijdelijk voordeel hebben van kleuterverlenging. Op de lange termijn verdwijnt dit positieve effect en doen kleuterverlengers het zelfs minder goed dan vergelijkbare zwak presterende vroege leerlingen die wel zijn doorgestroomd (Driessen et al 2014).

Meer weten over zittenblijven in groep 2 en de doorstroom naar groep 3? Lees dan:

MR: invloed ouders op regels voor zittenblijven

De beslissing of een leerling blijft zitten is aan de school. Maar ouders kunnen via de MR (medezeggenschapsraad) wel invloed uitoefenen op het beleid rondom zittenblijven. De MR heeft namelijk instemmingsrecht op het vaststellen en wijzigen van het schoolplan (Art. 10 lid 1b Wms). Bovendien controleert de MR of de werkwijze van de school duidelijk in in de schoolgids vermeld staat (Art. 13 lid 1g Wms).

Wilt u hier meer informatie over? Lees dan ‘Wat is de rol van de MR bij zittenblijven?’.

Communicatie naar ouders: 10-minutengesprek

De school is verplicht om ouders tussentijds op de hoogte te stellen van de vorderingen van hun kind (art. 11 WPO). Daarom organiseren de meeste scholen twee of drie keer per jaar een 10-minutengesprek. Tijdens dit gesprek bespreekt de leerkracht met de ouders de ontwikkeling en de leerresultaten van het kind.

Soms besluit een leerkracht dat een kind moet blijven zitten. Bijvoorbeeld als de ontwikkeling en/of de leerresultaten van een kind opvallend achterblijven en extra ondersteuning in de klas onvoldoende effect heeft gehad. Door een jaar over te doen krijgt een leerling de mogelijkheid zich in zijn eigen tempo te ontwikkelen en de leerstof eigen te maken.

Wilt u meer informatie over de effecten van zittenblijven op uw kind in het basisonderwijs? Lees dan het rapport Wat weten we op basis van wetenschappelijk onderzoek over het zittenblijven of versnellen? (2016) van de Kennisrotonde van NRO (Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek).

Overgangsvergadering

Wanneer de leerkracht van uw kind twijfelt of uw kind cognitief en sociaal toe is aan de volgende groep, dan bespreekt hij dit tijdens de overgangsvergadering. Tijdens deze vergadering besluiten leerkrachten gezamenlijk of uw kind doorstroomt of doubleert. Deze beslissing nemen zij vanuit hun pedagogische expertise en professionaliteit. Naast de schoolresultaten wegen zij factoren als gedrag, houding en bijzondere omstandigheden mee.

Voorbeelden van regels voor zittenblijven op twee basisscholen in Amsterdam

Omdat scholen zelf regels mogen vaststellen voor zittenblijven, wisselt het beleid per school. Hieronder staan de regels voor zittenblijven op twee basisscholen in Amsterdam: Openbare Baisisschool (OBS) De Burght en de Theo Thijssenschool.

OBS De Burght

Op OBS De Burght blijft een kind alleen zitten als de groepsleerkracht, intern begeleider en directie ervan overtuigd zijn dat een leerling het daarna beter zal gaan doen. Er vindt altijd een gesprek plaats met de ouders, maar de directie neemt het definitieve besluit. De specifieke overgangscriteria staan in het schoolplan van OBS De Burght.

Theo Thijssenschool

Op de Theo Thijssenschool mag een leerling maximaal één keer blijven zitten in de groepen 1 tot en met 7. In groep 8 mag dit niet. Daarnaast heeft de school vier criteria opgesteld voor zittenblijven:

  • Vertraging opgelopen door ziekte of door de leerplicht goedgekeurde afwezigheid;
  • Scores op Cito-toetsen komen niet overeen met te verwachten resultaten op basis van intelligentieonderzoek (IQ geeft indicatie voor leerbaarheid);
  • De ZIEN lijst (een observatielijst voor de sociaal-emotionele ontwikkeling) geeft aan dat er zorgen zijn om werkhouding en/of sociaal-emotionele ontwikkeling;
  • Onrijpheid van leerlingen, geboren tussen oktober en december waarvoor geen kleutertijdverlenging is geadviseerd, waardoor zij niet kunnen voldoen aan de eisen van zelfstandigheid. 

Liever extra ondersteuning dan zittenblijven

In de meeste schoolgidsen staat dat zittenblijven op de basisschool een uitzondering is. Meestal organiseren scholen extra ondersteuning voor een leerling, zodat die met een aangepast programma alsnog over kan gaan naar het volgende leerjaar.

Gerelateerde onderwerpen