Als een leerling de schoolregels overtreedt kan een school is sommige gevallen de leerling definitief verwijderen. De leerling moet dan op zoek naar een andere school.
In de wet staat niets over de gronden voor verwijdering. Daarom leggen scholen dit meestal zelf vast in de schoolgids of een apart verwijderingsprotocol. In de praktijk hanteren scholen meestal drie gronden voor verwijdering, namelijk:
Voor het verwijderen van een leerling geldt een strikte procedure die in de wet is vastgelegd. Voordat de school besluit een leerling van school te verwijderen, moet het bevoegd gezag van de school:
Nadat de school bovenstaande stappen heeft gevolgd kan het een besluit nemen tot definitieve verwijdering. De school moet dit besluit met opgave van redenen en de mogelijkheid tot bezwaar schriftelijk aan de ouders/verzorgers bekend maken (art. 15 lid 1 Inrichtingsbesluit WVO).
Ouders/verzorgers kunnen binnen zes weken na het besluit bezwaar maken bij het bevoegd gezag van de school (art. 8.8 lid 6 en art. 8.15 lid 5 WVO 2020). De school moet hen nogmaals horen. Zo kunnen ouders/verzorgers hun bezwaar toelichten en bijvoorbeeld de rapporten en adviezen bekijken die de school heeft opgesteld (art. 8.8 lid 6 en art. 8.15 lid 7 WVO 2020) Gedurende deze bezwaarprocedure kan het bevoegd gezag de leerling toegang tot de school ontzeggen (art. 8.15 lid 2 WVO 2020).
Binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift beslist het bevoegd gezag opnieuw over de verwijdering (art. 8.8 lid 6 WVO 2020 en art. 8.15 lid 7 WVO 2020) Als het bevoegd gezag van de school het besluit handhaaft, moet de leerling alsnog van school. Daarna kunnen ouders/verzorgers de zaak eventueel voorleggen aan de rechter. Bij een openbare school gaan zij naar de bestuursrechter en bij een bijzondere school kunnen zij terecht bij de civiele rechter.
Wilt u in bezwaar gaan tegen het besluit tot verwijdering? Lees dan: ‘Oneens met een beslissing over schorsing of verwijdering? Ga in bezwaar!’