De minister kan de geldkraan (tijdelijk) dichtdraaien als het bevoegd gezag van een school in strijd handelt met de onderwijswetgeving. Daarbij moet gedacht worden aan voorschriften omtrent de inrichting en de financiering van het onderwijs. Indien financiƫle voorschriften zijn overtreden kan de minister ook geld van een school terugvorderen.
Behalve in de Wet op het Primair Onderwijs (WPO) en de Wet Voorgezet Onderwijs 2020 (WVO 2020) wordt inhouding van bekostiging als sanctie ook genoemd in de Wet Medezeggenschap op Scholen (WMS, Artikel 38). Medezeggenschapsraden hebben afgezien van hun instemmingsrecht of adviesrecht geen machtsmiddelen, maar het verwijzen naar de bekostigingssanctie in de WMS kan wel opgevat worden als signaal dat medezeggenschapsraden schoolbesturen kunnen aanspreken op het naleven van de onderwijswetgeving en dat schoolbesturen zich goed bewust moeten zijn dat naleving van de Wet Medezeggenschap op Scholen daar uitdrukkelijk ook onder valt.
Een bekostigingssanctie is ook mogelijk bij ernstig tekortschietende onderwijskwaliteit. Wanneer pogingen tot verbetering van de kwaliteit van een school onder intensief toezicht van de onderwijsinspectie na twee jaar, eventueel verlengd met nog een jaar, geen resultaat hebben opgeleverd kan de minister in het kader van een ‘bestuurlijk natraject’ kwaliteitsverbetering afdwingen met bekostigingssancties. Dat geldt ook voor situaties waarin een school weigert mee te werken aan het toezicht van de inspectie op het aanbod, het leerproces en de kwaliteit van het onderwijs.