Van papier naar praktijk: hoe de zeer zwakke praktijkschool De Dreef weer uit het slop raakt

Geplaatst door Rosalie Anstadt en Floor Kaspers op 19 oktober 2022
Maandag 16 mei bezochten Rosalie Anstadt en Floor Kaspers van OCO praktijkschool De Dreef in Amsterdam Zuidoost. Na in 2016 nog als excellente school te zijn gekwalificeerd, krijgt de school in 2021 een ‘zeer zwak’ van de Onderwijsinspectie. Er volgen meerdere directiewisselingen, die de onrust binnen de school compleet maken. Maar dan wordt in januari 2021 een nieuwe directeur aangesteld: Ed van der Hooft. In een uitgebreid interview met OCO vertelt Van der Hooft hoe hij de school weer uit het slop probeert te halen. “Een zelfsturend team heeft nog steeds sturing nodig”.

Maandagochtend leggen drie leerlingen uit het eerste jaar hun kappersspullen neer. Ze mogen ons een rondleiding geven door hun praktijkschool: De Dreef in Amsterdam Zuidoost. Eén leerling neemt de leiding en vertelt ons uitvoerig over het technieklokaal, de keuken, de wasruimte en hun lievelingsjuf Cynthia. De andere leerlingen vullen haar af en toe aan. Ze kennen alle leerlingen bij naam en geven aan dat ze het soms wel jammer vinden dat het zo’n kleine school is. “Er zitten maar 150 leerlingen op De Dreef en de oudere leerlingen zijn vaak op hun stage. Daarom is het wel stil in de gangen.” Op de vraag of ze zelf al weten waar ze stage willen lopen zeggen ze volmondig ja, “in een kapperszaak”.

Even gaat het mis tijdens de rondleiding. Bij het vak CKV gooit één van de rondleiders lachend een slipper naar andere leerling in het lokaal. “Dame, dat doe je niet als je gasten een rondleiding geeft door onze school”, reageert de docent. “Dat is niet professioneel.” Vervolgens gaat de docent naadloos over in een enthousiast verhaal over een optreden van leerlingen van het afgelopen weekend, en een aankomend bezoek aan de Stopera. Na ook de buitenruimte en de kantine gezien te hebben, eindigt de rondleiding weer bij het kapperslokaal. We bedanken de leerlingen en verlaten De Dreef, vol indrukken en mooie verhalen dankzij de enthousiaste leerlingen en ons gesprek met directeur Ed van der Hooft.

Een verwaarloosde organisatie

Van der Hooft is een bevlogen schooldirecteur, met ruim 36 jaar ervaring in het (speciaal) basisonderwijs in Utrecht. In 2021 maakt hij de overstap naar de zeer zwakke praktijkschool in Amsterdam. “Ik trof hier een verwaarloosde organisatie aan. Een organisatie die jarenlang weinig structuur en kaders had gekregen vanuit de directie. Maar ook vanuit het voormalig bestuur was er gebrek aan sturing. Dit heeft ervoor gezorgd dat de school buiten beeld was geraakt. Het lesgeven was voldoende. Maar de resultaatgerichtheid van het onderwijs en de organisatie niet.” Niet lang na zijn start, bevestigt de onderwijsinspectie zijn eigen indruk en krijgt de school het oordeel ‘zeer zwak’.

Van zeer zwak naar voldoende: een stappenplan

De school krijgt hiermee een herstelopdracht van de Onderwijsinspectie waarmee ze naar een voldoende moet toegroeien. Hiervoor maakt van der Hooft samen met een expert van buitenaf een stappenplan. “Direct na mijn aantreden ben ik gaan opschrijven wat mij allemaal opviel binnen de organisatie. En hieruit volgde een ontwikkelplan, waarvoor ik zes ontwikkelteams vormde, met elk een eigen thema. Zoals: ‘leerlijnen’, ‘leerlingenraad’ en ‘instructiemodel’. Docenten konden zelf aangeven in welk ontwikkelteam ze aan de slag wilden. Je zet je immers pas ergens voor in, als je iets echt iets zinvol vindt. Bij leerlingen noemen we dit intrinsieke motivatie en bij docenten zelfsturing.”

Naast het vormen van ontwikkelteams gaat Van der Hooft aan de slag met het schoolplan. “Het ontbrak De Dreef al jaren aan een schoolplan, ondanks de wettelijke verplichting. Maar daardoor konden we wel blanco starten. Ik heb een externe adviseur ingeschakeld en samen met hem heb ik het schoolplan in kleine stukjes opgedeeld. Vervolgens ben ik met het MT en andere docenten gaan schrijven.”

Inmiddels is de eerste evaluatiefase aangebroken. “We kijken kritisch of onze initiatieven van de grond komen. Wat lukt er wel en wat niet? En als iets niet lukt, wat is er dan nodig om het wel te laten slagen? Maar ook: wat zijn de verbeterpunten en wat zijn de ambities? En welke onderwerpen gaan we de komende jaren prioriteren?”

Vertrouwen en veiligheid

Tot zo ver de ‘managementtaken’ die Van der Hooft heeft geïnitieerd om de kwaliteit van de school aan te pakken. Welke vaardigheden en kwaliteiten moet een directeur zelf hebben bij zo’n grote verbeterslag? “Het begint natuurlijk allemaal bij vertrouwen. Docenten vragen regelmatig: Ed, je blijft toch wel he? Ik antwoord dan: is er dan een reden dat ik weg zou moeten? Ja, de praktijk is weerbarstig, het is een grote klus. Maar ik ben een bouwer, een binder en verbinder. Dat vind ik leuk om te doen. En natuurlijk heb ook ik af en toe mijn twijfelmomenten. Ik ben aan zoveel knoppen tegelijk aan het draaien. Maar het meest essentiële voor het team en de leerlingen is vertrouwen en veiligheid.”

Relatie aangaan

Om het vertrouwen en de veiligheid te vergroten investeert Van der Hooft veel tijd en aandacht in ‘de relatie’. “Hiervoor werkte ik in Utrecht op de Luc Stevensschool, een school voor speciaal basisonderwijs. Stevens staat in Nederland bekend om z’n begrippen ‘relatie’, ‘autonomie’ en ‘competentie’. En af en toe kwam Luc bij mij op de school en dan begon hij hierover te vertellen. En één van zijn uitspraken is: zonder relatie geen prestatie. Dus daar ben ik mee aan de slag gegaan. Als een leerling hier binnenkomt kijk je hem in zijn ogen en zeg je: hoi. En als hij niets terugzegt? Dan probeer je het de dag daarna weer. Inmiddels ken ik alle leerlingen.”

De praktijkschool openstellen voor leerlingen

Een andere manier om de relatie met leerlingen aan te gaan is de school letterlijk open te stellen. “Voorheen was de school open van 08:30 tot 14:30. Daarna was de school dicht. Nu hebben we na school activiteiten. Op maandagmiddag hebben we bijvoorbeeld de brassband. En op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag hebben we jeugd- en jongerenwerk in de school, zodat kinderen gewoon kunnen blijven. Op de woensdag is er een naschoolse academie met Stichting Tamino. En we hebben iedere dag sportactiviteiten na schooltijd. Het openstellen van de school is zo belangrijk. Het is namelijk ook de school van de leerlingen, niet alleen van het team. Als kinderen nu het vijfde en zesde lesuur vrij hebben, gaan ze niet meer naar huis, maar blijven ze op school. Zo fijn vinden ze het hier.” En inderdaad, ook de leerlingen die ons rondleiden tonen hun enthousiasme over de activiteiten na school.

Ouderbetrokkenheid

Waar De Dreef nog een slag in te maken heeft is ouderbetrokkenheid bij de school. “Ik heb geprobeerd ouders te mobiliseren, onder andere voor een klankbordgroep en de MR. Helaas is dat niet van de grond gekomen. In de MR zitten vooralsnog alleen personeelsleden. En dat komt omdat de school jarenlang heeft uitgestraald: we kunnen het allemaal zelf. De school heeft alles buiten gehouden en was echt naar binnen gericht. Dat proberen we nu te veranderen.”

“Een manier om de ouderbetrokkenheid te vergroten is het inrichten van een ouderkamer. Hier kunnen ouders twee keer per week koffie drinken en met elkaar en docenten in gesprek gaan. Zo komt bijvoorbeeld de onderwijscultuur ter sprake. We hebben veel leerlingen van Ghanese afkomst. En wat ik van hun ouders begrijp is het onderwijssysteem in Ghana meer autoritair. Je moet daar gewoon luisteren. Terwijl wij in het Nederlandse onderwijs wat empathischer en socialer zijn als het gaat om kinderen. Daar moeten ouders en leerlingen soms aan wennen.”

Leerlingenraad

“Daarnaast vragen leerlingen om bepaalde veranderingen, waarvoor het team nu nog niet klaar is. Bijvoorbeeld het gebruik van de mobiele telefoon. Dat mag hier niet. Terwijl ik denk: hoe kun je nu tegen leerlingen in het praktijkonderwijs zeggen dat zij de hele dag niet op hun telefoon mogen? Want wat is er nou leuker voor ze dan in de pauze even op hun telefoon en om contact te hebben met anderen? Onder andere daarvoor ben ik nu de leerlingenraad aan het mobiliseren. De reden dat mobiele telefoons niet toegestaan zijn op school, heeft overigens weer met veiligheid te maken. Docenten zij hier terughoudend in omdat een leerling in het verleden een ruzie tussen een docent en een leerling heeft gefilmd en gepost. Maar ik vind het beter als we hierover in gesprek gaan met de leerlingen. En als ze de telefoon niet goed gebruiken, zitten daar consequenties aan vast.”

En nu verder

Schooljaar 2021-2022 is een enerverende periode geweest voor het onderwijs, voor De Dreef, en voor van der Hooft. Er zijn veel stappen gezet om op basis van een gedragen visie concreet te werken aan verbetering van planmatig werken, veiligheid, ouderbetrokkenheid en de verbinding met de wijk. De ambities zijn groot, de plannen liggen er, het begin is gemaakt. Binnenkort zal de inspectie opnieuw een oordeel geven over de Dreef*. Dat er vooruitgang geboekt is, is duidelijk. Van der Hooft hoopt op een voldoende, maar maakt zich niet zo zenuwachtig over dat oordeel. ‘Onvoldoende’ is zeker nog een optie, maar zeer zwak, dat verwacht hij niet. Daarvoor is er door het team te hard gewerkt. En, zo straalt de ambitievolle directeur uit: er moet ook nog veel gebeuren. Papier is geduldig, maar uiteindelijk moeten de leerlingen zelf merken dat hun school steeds beter wordt.

*In juni 2022 is de Onderwijsinspectie opnieuw langs geweest en is De Dreef van de beoordeling zeer zwak naar een onvoldoende gegaan.

Meer artikelen over Blog