De eindexamens in het voortgezet onderwijs worden uitgebreid met een verplichte rekentoets. Alle leerlingen op het vmbo, de havo en het vwo krijgen vanaf het schooljaar 2013-2014 aan het eind van hun schoolcarrière een reeks sommen voor de kiezen.
Dat heeft staatssecretaris Van Bijsterveldt (Onderwijs) op 7 oktober 2009 aangekondigd, met als doel het alarmerende rekenniveau van leerlingen op te krikken. Ze begon met een proef waaraan duizend scholieren deelnamen. Aan de hand van de resultaten van die proef werd bepaald hoe zwaar de rekentoets in de toekomst mee gaat wegen bij het eindexamen.
Iedereen zal worden getoetst, dus ook leerlingen die geen eindexamen doen in wiskunde. Van Bijsterveldt eist dat leerlingen die alleen wiskunde hadden in de onderbouw, dat niveau vasthouden tot en met het eindexamen. Ze kunnen het rekenen op peil houden via andere vakken, zoals economie en biologie. Als de kennis is weggezakt, moeten scholen de leerlingen bijspijkeren.
De rekentoets kan verplicht worden gesteld door een wijziging in het Eindexamenbesluit VO. Op 7 juni 2011 heeft de minister een voortgangsrapportage over de implementatie naar de Tweede Kamer gestuurd.
In schooljaar 2013-2014 is de rekentoets een zelfstandig onderdeel van de examens. De examens bestaan daarmee uit schoolexamens, centrale examens en de rekentoets. De leerlingen mogen de toets een keer herkansen. Deze herkansing staat los van de herkansingsmomenten bij het centraal examen. De ambitie is ‘de basis op orde en de lat omhoog’.