De geschillencommissie passend onderwijs behandelt geschillen van ouders en leerlingen die het oneens zijn met school over toelating, verwijdering of het ontwikkelingsperspectief. Sinds de start van passend onderwijs op 1 augustus 2014 heeft de geschillencommissie elf geschillen behandeld. In het overgrote deel van de gevallen werden de ouders in het gelijk gesteld door de commissie. Hiermee ontstaat belangrijke jurisprudentie over de inhoud van de zorgplicht en de rechten van ouders en leerlingen.
In de nieuwe wetgeving passend onderwijs hebben scholen een zorgplicht. Dit betekent dat de school voor een leerling die al op school zit of wordt aangemeld eerst gekeken moet worden welke ondersteuning de leerling nodig heeft. Op basis hiervan kijkt de school op welke manier de extra ondersteuning geboden kan worden. Pas als duidelijk is dat de school die ondersteuning echt niet kan bieden, kan in overleg met ouders gekeken worden naar een andere school. Uit de uitspraken van de geschillencommissie blijkt dat niet alle scholen deze zorgplicht voldoende serieus nemen. Hierbij zijn er drie elementen die er uit springen: het doen van onderzoek, het ontwikkelingsperspectief en overleg met ouders.
In meerdere geschillen kwam naar voren dat de school onvoldoende onderzoek had gedaan, voordat de school tot de conclusie kwam dat een leerling niet zou worden toegelaten of verwijderd zou worden. Soms werd een besluit te snel genomen, en soms werd er niet gekeken naar de individuele ondersteuning die een leerling nodig zou hebben. In al deze situaties werden de ouders in het gelijk gesteld door de geschillencommissie.
Het ontwikkelingsperspectief is een document dat de school in overleg met ouders opstelt. Hiermee worden de onderwijsdoelen in kaart gebracht, en worden afspraken gemaakt over de inzet van ondersteuning. Het ontwikkelingsperspectief is hiermee een belangrijk document binnen passend onderwijs. Het moet opgesteld worden voor alle leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. In enkele geschillen bij de geschillencommissie bleek niet alleen dat de school onvoldoende onderzoek gedaan had, maar ook dat er bijvoorbeeld geen ontwikkelingsperspectief was. In sommige situaties bleek het ontwikkelingsperspectief onvoldoende te zijn toegespitst op de mogelijkheden van de individuele leerling. Ook hierbij werden ouders in het gelijk gesteld.
Goed overleg tussen ouders en school is bij leerlingen die ondersteuning nodig hebben extra belangrijk. Ook is het wettelijk verplicht om over een aantal dingen met ouders te overleggen. Bijvoorbeeld over het ontwikkelingsperspectief en bij het zoeken naar een andere school die bepaalde ondersteuning beter kan bieden. Er zijn twee geschillen bij de commissie behandeld waarbij niet of nauwelijks overleg was hierover met ouders. De ouders werden hierbij in het gelijk gesteld. Zo dient er overleg te zijn met ouders over het aanpassen van het ontwikkelingsperspectief. Ook kan niet voldaan worden aan de zorgplicht als een andere school wordt gekozen die niet past bij de wensen van de ouders.