Als je op zoek gaat naar een passende school voor je kind, kijk je naar verschillende dingen: Is de school dichtbij? Past de identiteit en werkwijze van de school bij mij en mijn kind? Wat is de kwaliteit van de school?
Heeft je kind een beperking of een stoornis en hulp op school nodig? Dan zul je ook rekening houden met andere vragen, zoals: Welke ondersteuning kan een school bieden? Welke ervaring heeft een school met kinderen met een beperking? Is er veel aandacht om te zorgen dat ook mijn kind ‘erbij hoort’? Hoe verloopt de aanmelding?
Probeer voorafgaand aan het kiezen van een school na te denken wat je kind nodig heeft op school. Vragen die daarbij kunnen helpen zijn:
Als je kind overstapt van de ene naar de andere school, dan zal de school waar je kind eerder op zat advies kunnen geven over wat je kind nodig heeft. Vaak staat dit ook al in het plan voor de hulp aan je kind, het ontwikkelingsperspectief. Je kunt ook advies vragen aan de begeleider of arts van je kind, de peuterspeelzaal of de kinderopvang.
Alle scholen in Amsterdam bieden hulp die veel leerlingen nodig hebben. Voorbeelden hiervan zijn hulp bij dyslexie en hulp voor leerlingen die sneller of moeilijker leren. Deze hulp heet de basisondersteuning. Als je kind meer hulp nodig heeft, of hulp die heel specifiek is, dan heet dit extra ondersteuning. Deze hulp verschilt per school.
Ieder jaar maakt een school een plan over de hulp op school. In dit plan, het schoolondersteuningsprofiel, staat welke ondersteuning er is en hoe dit wordt georganiseerd. Het schoolondersteuningsprofiel kun je vinden op de website van de school. Soms heet het ook ‘zorgplan’.
In de praktijk is het vaak lastig om op basis van een plan op papier een goed beeld te krijgen van wat de school werkelijk aan hulp kan bieden voor jouw kind. Daarvoor kun je het beste persoonlijk kennismaken met de school. Dat kan op een open dag voor een algemene kennismaking. Ook kun je een afspraak maken met de directeur, intern begeleider of zorgcoördinator.
Bedenk vooraf welke vragen je wilt stellen. Daarbij kun je kijken naar de ondersteuning zelf, maar ook vragen naar de sfeer.
Als je hebt besloten welke school het beste past bij je kind, dan kun je je kind voor die school aanmelden. Hiervoor gelden de gewone procedures. De procedure voor het basisonderwijs lees je hier. Voor het voortgezet onderwijs kun je hier meer lezen. Omdat er scholen zijn waarvoor zich ieder jaar meer leerlingen aanmelden dan dat er plekken zijn, wordt er in Amsterdam gewerkt met een centraal systeem van aanmelden. Dat kan betekenen dat je kind niet geplaatst wordt op de school die je voorkeur heeft. Je wordt daarom gevraagd bij de aanmelding meer scholen in te vullen dan alleen je eerste keus. Het is niet zeker dat je kind geplaatst kan worden op de school die je het beste vindt passen.
Het kan zijn dat je het heel belangrijk vindt dat je kind zeker op de door jouw gekozen school terecht komt. Als je kind bijvoorbeeld dichtbij huis naar school moet gaan vanwege medicijngebruik, of als de hulp die je kind nodig heeft alleen op die school beschikbaar is. Je kunt in dat geval proberen gebruik te maken van de hardheidsclausule. Daarbij moet je aantonen dat de situatie van jouw kind zo specifiek is, dat er een gegarandeerde plek op die school nodig is.
Bij de aanmelding wordt gevraagd of je kind extra ondersteuning nodig zal hebben. Je kunt dit dan hier aangeven. Wanneer de centrale procedure is gedaan, wordt duidelijk op welke school je kind geplaatst wordt. Die school gaat onderzoeken hoe ze die ondersteuning kunnen bieden.
Als de school onderzoek gedaan heeft naar de ondersteuning voor je kind, kan de school tot verschillende conclusies komen. Meestal zal de school waar je voor gekozen hebt de hulp kunnen bieden. Wanneer echter veel of gespecialiseerde ondersteuning nodig is, kan het zijn dat de school aangeeft dat het toch niet kan. In dat geval gaat de school met jou in gesprek om te kijken welke andere school beter geschikt zou zijn. Dat kan een andere reguliere school zijn, maar dat kan ook een speciale school zijn. De school heeft de verplichting om, samen met jou, er voor te zorgen dat je kind dan op die andere school goed terecht komt. Dit heet de zorgplicht.
Bent je het niet eens met de uitkomsten van het onderzoek, dan kun je hierover in gesprek gaan met school en met het samenwerkingsverband. Mogelijk hebben ze zaken over het hoofd gezien, of een verkeerde inschatting gemaakt van wat je kind in de praktijk nodig heeft.
Komt je er echt niet uit, dan kun je verschillende stappen ondernemen. Daar lees je hier meer over.
Als je je kind aanmeldt op een speciale school, een school voor speciaal basisonderwijs of een praktijkschool, loopt de procedure anders. Je kind doet niet mee met dezelfde procedure. Wel wordt er eerst advies gevraagd of deze schoolsoort wel past. Dit heet een toelaatbaarheidsverklaring.