Tegen het einde van de basisschool krijgen leerlingen een advies voor welk soort voortgezet onderwijs zij volgens de basisschool geschikt zijn: het schooladvies. Ook moeten leerlingen in hun laatste jaar op de basisschool een eindtoets doen, veel scholen gebruiken daar de eindtoets van Cito voor. De schoolbesturen en de gemeente Amsterdam leggen jaarlijks in de ‘Kernprocedure’ hun afspraken vast om de overstap van de ruim 200 basisscholen naar de ruim 60 scholen voor voortgezet onderwijs in goede banen te leiden. Een van de afspraken is dat het advies van de basisschool leidend is en dat de score van een leerling voor de Cito-eindtoets bepaalt of de leerling toegelaten kan worden op een onderwijssoort zoals vermeld in het schooladvies of dat nader overleg of onderzoek nodig is. In de onderstaande tabel worden de verschillende schooladviezen en bijbehorende scores weergegeven.
CITOBANDBREEDTES VOLGENS AMSTERDAMSE KERNPROCEDURE |
||||
Basisschooladvies |
Aanvullend onderzoek verplicht |
Overleg met basisschool verplicht |
Automatisch toelaatbaar |
|
PO onderbouwt advies met aanvullende onderwijskundige informatie |
VO vraagt indien gewenst om aanvullende onderwijskundige informatie |
|||
vmbo-basis vmbo-basis/kader |
514 en lager |
515 t/m 518 |
519 en 520 |
521 en hoger |
vmbo-kader |
520 en lager |
521 t/m 526 |
527 en 528 |
529 en hoger |
vmbo-gemengd vmbo-theoretisch vmbo-theoretisch / havo |
526 en lager |
527 t/m 531 |
532 en 533 |
534 en hoger |
havo havo / vwo |
531 en lager |
532 t/m 535 |
536 en 537 |
538 en hoger |
vwo |
539 en lager |
540 t/m 544 (indien vermeld in Keuzegids DMO mag school aanvullend onderzoek eisen) |
545 en hoger |
|
praktijkonderwijs lwookopklas |
geen citobandbreedtes van toepassing |
Bij iedere onderwijssoort volgens het ‘basisschooladvies’ (kolom links) staat in de kolom ‘automatisch toelaatbaar’ (kolom rechts) de citoscore vermeld waarbij een leerling voor wat het onderwijsniveau betreft zondermeer kan worden toegelaten tot een school voor voortgezet onderwijs die de betreffende onderwijssoort in huis heeft. Hiervoor hoeft geen overleg of verder onderzoek plaats te vinden, tenzij de basisschool aangeeft overleg over de betreffende leerling te willen voeren. Let op, als het een zogenaamd ‘dubbeladvies’ betreft met twee onderwijssoorten, dan dient de school voor voortgezet onderwijs beide onderwijssoorten aan te bieden: dat betekent dat leerlingen met het dubbeladvies havo/vwo niet toegelaten kunnen worden op een categoraal gymnasium (een school met alleen maar gymnasium).
Voor de leerlingen die vallen in de kolom ‘overleg basisschool verplicht’ moet overlegd worden met de basisschool door de school voor voortgezet onderwijs voordat die een besluit neemt over de toelating. Overleg met de basisschool houdt in dat de basisschool voldoende gelegenheid krijgt om het advies schriftelijk maar ook mondeling toe te lichten met aanvullende informatie. Na overleg met de basisschool kan de school voor voortgezet onderwijs vaststellen dat zij meer informatie nodig heeft over de leerling. Om die reden kan zij besluiten tot aanvullend onderzoek. De basisschool moet hierover vooraf geïnformeerd worden. In het geval het aanvullend onderzoek een intelligentie-onderzoek is, moeten de ouders hiervoor vooraf schriftelijk toestemming geven. De VO-school betaalt de kosten van het onderzoek.
Voor deze leerlingen wordt in opdracht van (en op kosten van) de school voor voortgezet onderwijs aanvullend onderzoek uitgevoerd. Op basis van de uitslag van dit onderzoek, gevolgd door overleg met de betreffende basisschool, besluit de school of de leerling plaatsbaar is.