De bijna 25.000 leerlingen in het tweetalig havo en vwo doen het goed. Dat blijkt onderzoek van een team onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen, in opdracht van het Europees Platform en van het landelijk netwerk tweetalig onderwijs.
Het succes blijkt uit de scores van de leerlingen voor Engels op het centraal schriftelijk eindexamen en uit de indrukken die docenten en visitatieteams hebben van hun prestaties. Dit blijkt ook uit een vergelijking van gegevens van tto-scholen met niet-tto-scholen. De leerlingen van tto-scholen scoren in klas 3 aanzienlijk hoger op Engelse toetsen dan leerlingen in het reguliere onderwijs in Nederland én in omringende landen. De resultaten die de tto-leerlingen behalen voor de andere vakken wijken overigens niet af van het landelijk gemiddelde. Er zijn geen negatieve effecten van tweetalig onderwijs gerapporteerd.
In een eerder rapport bevestigen de onderzoekers dat tto-leerlingen in het vwo significant betere scores halen voor Engels dan leerlingen in het reguliere onderwijs. De wetenschappers geven aan wat de verschillen zijn in taalverwerving in de twee typen onderwijs en hoe scholen met deze kennis hun voordeel kunnen doen. Een van hun meest opvallende bevindingen is dat tto-leerlingen niet alleen een hoger taalvaardigheidniveau halen, maar dat hun taalgebruik authentieker is dan dat van leeftijdgenoten in het reguliere vwo: het klinkt natuurlijker.
Tto
Scholen voor voortgezet onderwijs die deze vernieuwing hebben ingevoerd, bieden de helft van hun lessen aan in het Engels (één school in het Duits). Het concept van het tweetalig onderwijs is begin jaren negentig ontwikkeld door een aantal scholen. Medio 2010 waren er 151 tto-afdelingen verdeeld over 121 scholen