Impliciete reacties gemeten
Voor het eerst zijn vooroordelen van leerkrachten gemeten met impliciete taken; een impliciete associatietest (IAT) en een priming taak. Dit zijn computertaken waarmee via het meten van de reactiesnelheid een houding vastgesteld kan worden. En dat levert een realistischer beeld dan de antwoorden op vragenlijsten, waarbij de kans op sociaal gewenste antwoorden groot is. De leerkrachten deden de associatietest en beantwoordden daarnaast vragen over hun verwachtingen van individuele leerlingen. Verder keken de onderzoekers of de vooroordelen van leerkrachten samenhingen met de Cito-scores van de leerlingen.
Bevooroordeelde leerkrachten oordelen negatiever
Leerkrachten hebben over het algemeen lagere verwachtingen van allochtone leerlingen. Deze groep leerlingen doet het feitelijk ook minder goed op school dan hun autochtone leeftijdgenoten, bijvoorbeeld vanwege een taalachterstand. Leerkrachten verschillen echter in de mate waarin ze lagere verwachtingen hebben van allochtone leerlingen. Uit dit onderzoek is gebleken dat de verwachtingen van allochtone leerlingen vooral lager zijn bij leerkrachten met sterkere vooroordelen. Dit was terug te zien in de leerprestaties van de leerlingen; hoewel allochtone leerlingen in alle groepen gemiddeld lagere Cito-scores halen dan autochtone leeftijdgenootjes, is het verschil groter naarmate de leerkracht negatiever staat tegenover allochtonen. Een vergelijkbaar effect werd ook gevonden voor leerlingen met dyslexie.