In Amsterdam zijn er vier scholen die een brede tussenvoorziening hebben:
Daarnaast heeft het Metis Montessori Lyceum een speciale klas voor leerlingen met een Autisme spectrum stoornis als specifieke tussenvoorziening.
Een groot deel van de leerlingen op kleinschalig ondersteunend voortgezet onderwijs gaat hier niet direct vanaf de basisschool naar toe, maar pas later. Zij zijn eerst begonnen op een praktijkschool, een school voor voortgezet speciaal onderwijs of een reguliere school.
Als blijkt dat ze hier toch niet goed op hun plek zijn, kan gekeken worden of een tussenvoorziening een beter passende plek is. De plaatsing kan tijdelijk zijn, bijvoorbeeld voor een jaar. Maar een leerling kan er ook tot aan het behalen van zijn diploma blijven.
Wanneer een leerling het advies krijgt om na de basisschool naar een tussenvoorziening te gaan, is de ouder niet verplicht om het kind hier ook aan te melden. Het is mogelijk om mee te doen aan de reguliere loting en matching, en een school te kiezen op basis van het basisschooladvies.
Lastig hierbij is wel dat als de school waar de leerling vervolgens een plek krijgt aangeboden na onderzoek aangeeft de ondersteuning echt niet te kunnen bieden, het moeilijk is om op het laatste moment nog een passende plek te vinden. Het is daarom belangrijk om als ouder goed in gesprek te gaan met de basisschool om te vragen waarom ze denken dat kleinschalig ondersteunend voortgezet onderwijs een goede plek is. Ook is het slim om eerst te gaan kennismaken met de nieuwe school. Zo kan een ouder zich een goed beeld vormen van de beste plek.