Uitgangspunt bij de aanpak van zeer zwakke scholen is dat leerlingen zo kort mogelijk last hebben van het falen van de school.
Indringende gesprekken
De inspectie heeft geen formele sanctiemogelijkheden zoals het treffen van bestuurlijke of financiële maatregelen. Dat is voorbehouden aan de minister. De inspectie verplicht het bestuur tot het indienen van een verbeterplan. De school komt daarmee onder geïntensiveerd toezicht te staan met periodieke voortgangsbezoeken. De inspectie voert indringende gesprekken met het bestuur als zij het vertrouwen in een goede afloop verliest. Blijft resultaat uit dan meldt de Inspectie een school bij de minister aan voor een bestuurlijk natraject. Als de inspectie er bij de start van het traject van geïntensiveerd toezicht geen vertrouwen in heeft dat de voorwaarden voor de verbetering voldoende aanwezig zijn, meldt zij de school direct bij de minister aan voor een bestuurlijk traject.
Rechtspositie leerkrachten en directeuren kan verbetering onderwijskwaliteit belemmeren
Uit onderzoek van de inspectie blijkt dat het management en/of het bestuur van (voorheen) zeer zwakke scholen de sterke rechtspositie van leraren en directeuren soms als belemmering heeft ervaren bij het nemen van personele maatregelen ten behoeve van de verbetering van de onderwijskwaliteit.
Voortijdige signalering en risicoprofielen
Sinds 1 oktober 2005 hanteert de inspectie voor alle PO en VO scholen risicoprofielen om kwaliteitsbedreigende ontwikkelingen vroegtijdig te kunnen signaleren, daarbij let de inspectie vooral op:
– negatieve ontwikkelingen binnen de leerprestaties
– de omvang van het aantal vacatures
– snelle veranderingen in de leerlingaantallen
– grote veranderingen in de samenstelling van de leerlingpopulatie
– het ziekteverzuim van het personeel.
Ondersteuning zeer zwakke scholen door besturenorganisaties
Zeer zwakke scholen vertonen gemeenschappelijke kenmerken, maar ook grote verschillen. Scholen die zich willen verbeteren hebben een door team en ouders gedeelde visie nodig met een samenhangende, planmatige en resultaatgerichte aanpak. Juist zwakke scholen zijn vaak niet in staat op eigen kracht tot zo’n aanpak te komen, verplichte regelmatige verantwoording en externe ondersteuning helpen daarbij. Daarvoor kunnen de scholen een beroep doen op hun besturenorganisaties die expertise uitwisselen op het gebied van verbeterplannen voor zeer zwakke scholen.
Ontstaan en ontwikkeling van zeer zwakke scholen in het basisonderwijs