Een school voor voortgezet onderwijs stelt zelf overgangsnormen en regels vast voor zittenblijven. Deze regels maken deel uit van het onderwijskundig beleid, dat de school in het schoolplan en de schoolgids publiceert (art. 2.88 WVO 2020 en art. 2.89 WVO 2020).
Aan het einde van het schooljaar besluiten docenten tijdens de overgangsvergadering welke leerlingen overgaan, blijven zitten, afstromen (lager niveau) of uitstromen (naar een andere school). Bij de meeste scholen zijn de cijferscore en werkhouding hierbij leidend.
Twijfelt u of uw kind dit schooljaar overgaat? Neem dan contact op met school. Het liefst ruim voor de meivakantie, zodat u en uw kind in overleg met de school misschien een alternatief voor zittenblijven kunnen bedenken, zoals:
De beslissing of een leerling blijft zitten is aan de docenten. Maar leerlingen en ouders kunnen via de MR (medezeggenschapsraad) wel invloed uitoefenen op het beleid rondom zittenblijven. De MR heeft namelijk instemmingsrecht op het vaststellen en wijzigen van het schoolplan (Art. 10 lid 1b Wms) en de schoolgids (Art. 13 lid 1g Wms).
Wilt u hier meer informatie over? Lees dan ‘Wat is de rol van de MR bij zittenblijven?’.
Omdat scholen zelf regels mogen vaststellen voor zittenblijven, wisselt het beleid per school. Hieronder staan de regels voor zittenblijven op twee scholen voor voortgezet onderwijs in Amsterdam: het Hervormd Lyceum Zuid (HLZ) en het Montessori Lyceum Amsterdam (MLA).
In de schoolgids van het Hervormd Lyceum Zuid (HLZ) staan de volgende overgangsnormen voor leerlingen in de onderbouw:
Als een leerling aan alle criteria voldoet, gaat hij over naar het volgende leerjaar. Indien een leerling aan twee van de drie criteria voldoet, dan wordt hij besproken in een vergadering. Als een leerling slechts aan één of geen van de criteria voldoet, gaat de leerling niet over. In sommige gevallen blijft de leerling dan zitten. Of de leerling stroomt door naar een lager niveau. Als dit niveau lager is dan havo, stroomt de leerling uit naar een andere school.
Sommige scholen werken niet met cijfers maar met plussen en minnen, zoals het Montessori Lyceum Amsterdam (MLA). In de schoolgids van het MLA staat dat docenten plussen en minnen geven voor werkhouding en kwaliteit van het gemaakte werkt. Ook registreren zij hoever de leerling is met zijn werk.
Tijdens de laatste verslagvergadering bespreken alle docenten van een leerling gezamenlijk of een leerling blijft zitten of overgaat naar het volgende leerjaar. Op het MLA mogen leerlingen in de onderbouw slechts één keer zittenblijven. Bovendien is dit alleen toegestaan als docenten vinden dat dit wenselijk en kansrijk is. Doubleren is op het MLA geen recht.
Een paar dagen na de overgangsvergadering is er een revisievergadering op school. Tijdens deze vergadering heroverwegen de docenten voor sommige leerlingen het besluit om te doubleren. Ouders kunnen vooraf een verzoek indienen om hun kind te laten bespreken tijdens de revisievergadering.
Voorafgaand aan deze vergadering kunnen ouders bij de mentor aangeven dat de school niet op de hoogte is van bepaalde bijzondere omstandigheden, zoals langdurige ziekte of een scheiding binnen het gezin. Daarnaast kunnen ouders een verslag van de overgangsvergadering opvragen. Hierin kunnen zij nalezen of alle belangen zijn meegewogen bij de beslissing om een leerling te laten zittenblijven.
Tip: vraag zo snel mogelijk wanneer de revisievergadering plaatsvindt. Veel scholen plannen die namelijk enkele dagen na de overgangsvergadering, waardoor ouders maar beperkte tijd hebben om een verzoek in de dienen.
Het is niet mogelijk om bezwaar aan te tekenen tegen de beslissing van de docenten. Het gaat namelijk om een inhoudelijke beslissing die de docenten nemen vanuit hun expertise en professionaliteit (Art. 7.8 lid 2 WVO 2020).
Ouders kunnen wel een klacht indienen als de school de procedure rondom zittenblijven en bevordering niet naleeft of onzorgvuldig is. Voorbeelden van onzorgvuldige besluitvorming zijn: een overhaaste beslissing of niet alle relevante informatie meenemen in de beslissing.
Wilt u een klacht indienen? Dan kunt u dit doen bij de klachtencommissie van de school. In de schoolgids staat welke commissie dit is. De meeste scholen zijn aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs(LKC). De LKC behandelt regelmatig klachten over zittenblijven.
Houd er wel rekening mee dat een klacht vaak ongegrond wordt verklaard omdat het besluit tot zittenblijven en bevorderen tot het professionele domein van de docent behoort. De commissie toetst alleen of de beslissing zorgvuldig tot stand is gekomen. En of de school in redelijkheid tot het besluit is gekomen.
Voorbeelden van casussen over zittenblijven en adviezen van de LKC staan onderaan het artikel ‘Bevordering, doubleren en doorstromen in het voortgezet onderwijs’ op de website van Onderwijsgeschillen.