De zwakkere leerlingen in Nederland zijn internationaal bekeken heel goed: ze staan in de top 5 van de 30 OESO landen. De beste Nederlandse leerlingen daarentegen, staan internationaal op de 13e plaats. Gemiddeld genomen doet Nederland het door de hoge plek van de zwakste leerlingen toch nog goed.
Dit staat in een rapport van het Centraal Planbureau (CPB) ‘excellence for productivity?’. Het rapport vergelijkt de scores van Nederlandse leerlingen en studenten met die van andere landen op drie toetsen, in onder meer wiskunde en taal.
CPB stelt de vraag waar Nederland het meest aan heeft: een brede basis of juist toppers? Een brede basis van goed opgeleide werknemers zorgt ervoor dat we nieuwe technologieën snel kunnen overnemen. Toppers kunnen daarentegen belangrijk zijn voor innovatie door het bedenken van nieuwe technieken en toepassingen.
Op basis van deze internationale toetsen is geen afname van de kwaliteit van het Nederlandse onderwijs zichtbaar.